Welke SOA’s zijn er, en wanneer laat ik mij best testen?

Er zijn heel wat seksueel overdraagbare aandoeningen. We geven je hieronder een uitgebreide lijst. Belangrijk om te weten is dat een SOA oplopen niet altijd na een onveilig seksueel contact zal gebeuren. Onveilige seks (zonder condoom of beflapje) is natuurlijk wel de vaakst voorkomende oorzaak. Toch dien je ook voorzichtig te zijn bij veilig seksueel contact (met condoom of beflapje). Het risico dat verschillende lichaamsvochten met elkaar in contact worden gebracht blijft reëel. Ook bij veilige seks met verschillende bedpartners is het aangewezen om je tijdig te laten testen.

Daarnaast kan je ook besmet worden via bloedcontact (jouw bloed in contact met besmet bloed), of via het gebruik van spullen die besmet zijn, denk bijvoorbeeld aan naalden of spuiten (na tatoeage, piercing, druggebruik).

Je kan een SOA oplopen zonder enige symptomen te ervaren. Echter zonder behandeling kan dit gevolgen hebben voor je gezondheid. De gevolgen variëren van milde klachten tot (in het meest ernstige geval) onvruchtbaarheid en/of levensbedreigende infecties. Personen die geen symptomen ervaren, lopen ook meer risico om andere mensen te besmetten, omdat ze zich vaak niet bewust zijn van de gevaren.

Welke symptomen kunnen ervaren worden?

Afhankelijk van de SOA die je hebt opgelopen, kunnen de symptomen uiteraard verschillen van elkaar. De algemene regel geldt: merk je een verandering op bij je lichaam na (onveilig) seksueel contact? Laat je preventief testen zodat je SOA’s kan uitsluiten of behandelen indien nodig.

Merk je wel symptomen op? Dan kan het misschien een of meerdere van de volgende zijn:

  • Koorts
  • Jeuk of pijn aan de geslachtsdelen (penis, vagina, anus)
  • Roodheid, blaasjes, wratten of andere wondjes aan de geslachtsdelen of op de huid
  • Opgezette klieren
  • Bloedverlies na seks
  • Vaginale afscheiding is anders dan normaal (bij vrouwen)
  • Vocht uit de penis (bij mannen)
  • Pijn bij het plassen
  • Andere of geen symptomen zijn zeker mogelijk

Bij Betamedics bieden we twee soorten screening aan: een basis SOA screening en een uitgebreide SOA screening.

Bekijk ons SOA basis onderzoek

Welke SOA’s zijn er, en wanneer laat ik mij best testen?

Standaard worden bij een SOA screening voornamelijk Neisseria gonorrhoeae en Chlamydia trachomatis opgespoord. Bij Betamedics gaan we echter steeds verder.

In de basis screening wordt onder andere al getest op de volgende courante seksueel overdraagbare ziektekiemen: Neisseria gonorrhoeae, Chlamydia trachomatis, Mycoplasma genitalium, Trichomonas vaginalis, Haemophilus ducreyi, Chlamydia trachomatis Serovar L, Treponema pallidum (Syfilis) en Herpes simplex virus 1 en 2, Ureaplasma urealyticum en Ureaplasma parvum, Mycoplasma hominis, Varicella zoster-virus, Cytomegalovirus. Bij vrouwen wordt ook nog extra gezocht naar Gardnerella vaginalis.

In een zeldzaam geval kan een test, die te vroeg uitgevoerd wordt na een risicocontact, een fout negatief resultaat geven. Bij blijvende ongerustheid of klachten kan daarom best een nieuwe test uitgevoerd worden na een aantal weken.

Chlamydia trachomatis, de vaakst voorkomende SOA. Chlamydia veroorzaakt vaak geen klachten. Ervaar je toch symptomen? Dan ontstaan deze doorgaans 1 tot 3 weken na de besmetting. Als je geen klachten ervaart, kan je best testen na 3 weken. Ervaar je toch symptomen, dan kan je ook vroeger langskomen om te testen.

Gonorroe, druiper genoemd in de volksmond, is ook een zeer besmettelijke SOA die vaak voorkomt. Meestal wordt ook hier aangeraden om te testen na 3 weken. Ervaar je vroeger klachten dan zijn de bacteriën (Neisseria gonorrhoeae ) soms al eerder in de test te zien. Vaak wordt gedacht dat gonorroe steeds met klachten gepaard gaat, maar dit geldt niet altijd.

Mycoplasma genitalium of kortweg Mycroplasma, wordt niet altijd standaard getest. Toch geheel onterecht. Wanneer je symptomen ervaart (meestal pijn bij het plassen) en je bent reeds negatief getest op gonorroe of Chlamydia, dan is het mogelijk dat je besmet bent met deze bacterie. Testen wordt ook aangeraden na 3 weken maar kan vroeger bij het optreden van klachten.

Mycoplasma hominis: urogenitale commensaal die bij overmatige aanwezigheid mogelijks gelinkt kan worden aan vaginitis, endometritis en salpingitis.

Ureaplasma urealyticum en Ureaplasma parvum zijn bacteriën die af en toe gevonden worden ter hoogte van de vagina (maar ook t.h.v. de penis bij de man). In de meeste gevallen behoren deze bacteriën tot de normale, onschuldige bewoners van de genitale lichaamsstreken en veroorzaken ze dan ook helemaal geen klachten. De bacterie wordt bij vrouwen echter ook geassocieerd aan verwikkelingen tijdens de zwangerschap (zoals een te laag geboortegewicht of een te vroege bevalling) of kan oorzaak zijn van infertiliteit. Bij patiënten zonder klachten hoeft deze bacterie zeker niet behandeld te worden. Wanneer de bacterie wel klachten zou veroorzaken kan een antibioticakuur opgestart worden (doxycycline, op doktersvoorschrift te verkrijgen), maar in tegenstelling tot Gardnerella vaginalis zijn Ureaplasma bacteriën veel moeilijker succesvol te behandelen.

Haemophilus ducreyi: oorzaak van weke sjanker (pijnlijk ulcus molle of chancroid).

Chlamydia trachomatis Serovar L: oorzaak van lymphogranuloma venereum (pijnlijke, unilaterale lymfadenopathie).

Treponema pallidum: oorzaak van syfilis (ulcus durum, pijnloze hard sjanker).

Trichomonas vaginalis. De naam van deze SOA doet misschien denken dat ze enkel bij vrouwen voorkomt, maar dat is incorrect. Ook mannen kunnen een ontsteking ontwikkelen van de plasbuis, urethritis genoemd. Testen op Trichomonas is aangewezen vanaf 4 weken na seksueel contact. Bij duidelijk optredende klachten kan ook hier eerder getest worden.

Herpes simplex virus 1 en 2. Dit virus geeft vaak aanleiding tot huid- en slijmvliesinfecties. We onderscheiden twee grote types waarbij type 1 vaak een koortsblaas of koortslip veroorzaakt, en type 2 aanleiding geeft tot genitale herpes. In principe kunnen beide virussen infecties veroorzaken op het volledige lichaam. Meestal treden de blaasjes die gepaard gaan met dit virus op binnen 1 week. Je bent het meest besmettelijk als de herpesblaasjes al zichtbaar zijn, maar je kan dit kort ervoor (en erna) ook doorgeven aan een partner.

Varicella-zoster virus: oorzaak van anogenitale zona. Kan een klassieke genitale herpes nabootsen.

Cytomegalovirus: oorzaak van virale proctitis.

Gardnerella vaginalis is een bacterie die wordt geassocieerd aan een klinisch syndroom dat ‘bacteriële vaginose’ wordt genoemd. Deze aandoening wordt gekenmerkt door slecht ruikend vaginaal verlies, irritatie of jeuk aan de vagina en toegenomen vaginale afscheiding. Bacteriële vaginose is geen SOA, maar een vaak voorkomende vaginale infectie die naar schatting 1 op de 10 vrouwen treft en ook voorkomt bij vrouwen die geen seksueel contact hebben. De aandoening wordt veroorzaakt door een verstoord evenwicht ter hoogte van de vagina, waardoor deze bacterie kan gaan groeien. Oorzaken van dit verstoord evenwicht zijn velerlei, onder meer gebruik van zeep t.h.v. de schaamstreek, schommelingen in de hormoonspiegel, de aanwezigheid van een spiraaltje. De behandeling van bacteriële vaginose bestaat uit een antibioticakuur (metronidazole, op doktersvoorschrift te verkrijgen). De aandoening treft uitsluitend vrouwen en is niet overdraagbaar op mannen. Partners hoeven dus niet mee behandeld te worden.

Bovengenoemde SOA’s kunnen getest worden op een urethrale of vaginale wisser of op eerste ochtendurine (bij mannen). Bij ochtendurine is de eerste 10-20 ml van de ochtendurine het meest optimaal voor een staal. Je kan op voorhand een plasbeker bij ons (gratis) of bij de apotheek ophalen. Zo kan je meteen na het ontwaken je urine opvangen. Het is een goed idee om op het urinepotje met een stift een merkstreep te trekken tussen 10 en 20 ml. Bij vrouwen gebeurt de analyse bij voorkeur op een genitale wisser.

Voor de uitgebreide SOA screening is, naast de genitale wisser of de eerste ochtendurine ook een bloedafname nodig. Enkel zo kunnen we ook HIV-, hepatitis B-, hepatitis C- en syfilis-antistoffen opsporen.

HIV is het virus dat aids veroorzaakt. Het virus breekt langzaam je afweersysteem af. Er heerst over het algemene nog een grote angst rond HIV. Het is natuurlijk belangrijk om eerst te voorkomen dat je een HIV-besmetting oploopt. Denk je in aanraking te zijn gekomen met deze SOA? Indien het risicocontact heeft plaatsgevonden binnen de 72u kan je contact opnemen met je huisarts en informeren naar PEP. PEP is een medicijnenkuur die kan verhinderen dat HIV zich in het lichaam nestelt nadat je aan het virus werd blootgesteld.

Heeft het riscocontact zich langer geleden voorgedaan? Kies er dan voor om je tijdig te testen. Een besmetting kan niet ongedaan gemaakt worden (daarom is voorkomen uiteraard belangrijk), maar HIV-medicijnen kunnen er wel voor zorgen dat je niet ziek wordt of het virus zal doorgeven in de toekomst. Informeer hier uiteraard naar bij je arts.

Bekijk onze HIV-test

Een HIV-test kan reeds uitgevoerd worden vanaf 10 dagen na het opgelopen risico en is in dat geval alleen 100% betrouwbaar als het resultaat positief is. Bij een negatief resultaat wordt de test best na minstens 6 weken opnieuw uitgevoerd ter definitieve bevestiging van dit negatief resultaat.

Bij een tussentijds nieuw onbeschermd seksueel contact kan er opnieuw een besmetting optreden en dient er nogmaals getest te worden minstens 6 weken na dit nieuwe onbeschermde contact. Dat geldt tevens ook voor andere SOA’s; bij een tussentijds nieuw onbeschermd seksueel contact, is er altijd risico om een nieuwe besmetting op te lopen, en dient een test dus herhaaldelijk uitgevoerd te worden.

Hepatitis is een ontsteking van de lever, veroorzaakt door één van de Hepatitis virussen. Ook hier is een besmetting mogelijk zonder klachten. Indien er toch klachten ontstaan na een Hepatitis besmetting, dan ontstaan deze meestal 2 tot 3 maanden na de besmetting. Vaak zijn dit in het begin vage klachten zoals moeheid, griepgevoel, verminderen eetlust, misselijk, koorts, gewrichtspijn.

Bij Hepatitis B ervaren 2 op 3 personen helemaal geen symptomen. Het hepatitis B-virus kan overgedragen worden via lichaamsvloeistoffen, zoals bloed, sperma en vaginaal vocht. Het Hepatitis C-virus wordt voornamelijk overgedragen via besmet bloed. Na risicovol contact, kan het tot 10 weken duren vooraleer Hepatitis B opspoorbaar is in bloed en het kan 2 tot 6 maanden duren vooraleer antistoffen tegen Hepatitis C kunnen opgespoord worden.

Syfilis wordt veroorzaakt door de bacterie (spirocheet) Treponema pallidum. De geslachtsziekte kan worden vastgesteld vanaf een aantal weken na het optreden van de eerste symptomen. Na verdacht contact kunnen antistoffen tegen Syfilis pas na enkele weken opgespoord worden. Bij het ontbreken van zichtbare symptomen wordt aangeraden 3 maanden te wachten met testen na het onveilige seksueel contact.

Als je geen klachten ervaart van een SOA, dan vraag je je misschien af waarom het zo belangrijk is om te testen. Ondanks dat sommige symptomen misschien niet meteen zichtbaar zijn, kunnen ze later alsnog opduiken en ernstige gevolgen hebben voor je gezondheid. Daarnaast is er natuurlijk het besmettingsgevaar voor de partner waarmee je intiem bent (geweest). Jij mag dan zelf misschien geen klachten ervaren, zo kan je alsnog onbedoeld een SOA doorgeven waarna de persoon die het heeft opgelopen wél ernstige klachten ervaart.

Heb je vragen of wil je meer informatie of onze SOA screeningsAarzel dan niet om contact met ons op te nemen via ons contactformulier of bel 051/920.911